Proef met geluidsopnamen bij verzekeringsartsen
UWV hanteerde altijd als regel dat geluidsopnamen door de klant in de spreekkamer van de verzekeringsarts niet waren toegestaan. We waren van mening dat de klant voldoende op andere wijze wordt geïnformeerd en dat er aan opnamen een aantal risico’s is verbonden. In 2012 stelde de Nationale ombudsman dat hij verwacht dat er uitzonderingssituaties zijn waarin een geluidsopname van toegevoegde waarde kan zijn voor de klant. Dit was voor ons aanleiding om tijdens een proefperiode te bekijken of we onder voorwaarden opnamen kunnen toestaan door vanuit de praktijk uitzonderingssituaties te benoemen. Deze landelijke proef is ingegaan op 1 november 2012.
In de proef motiveert de verzekeringsarts zijn besluit om een opname toe te staan. Dit kan bijvoorbeeld zijn omdat het voor de klant niet mogelijk is begeleiding adequaat te organiseren of omdat de klant de cognitieve vaardigheden mist om het gesprek te kunnen volgen. De argumenten worden betrokken in een evaluatie die naar verwachting in 2014 zal plaatsvinden. Deze kan mogelijk leiden tot aanpassing van het beleid.
Bij het honoreren van een verzoek worden met de klant afspraken gemaakt over het gebruik van de opname. De opname wordt alleen voor persoonlijk gebruik binnen de huiselijke kring toegestaan. UWV maakt de opname en verstrekt een kopie en/of transcriptie aan de klant.De opzet van de proef sluit aan bij het standpunt van de KNMG (Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst) over het maken van opnamen in de spreekkamer van de arts.
Pagina opgeslagen in Mijn UWV verslag
Voeg deze pagina toe Mijn UWV verslag